Miranda Terpstra. Interview met Willem-Jan Gideon.
Willem-Jan staat al op me te wachten op het station. Hij heeft een vrolijk gezicht met pretogen. Onderweg naar huis vertelt hij me over zijn gezin. Wanneer hij me rondleidt door zijn huis, valt me gelijk op dat het huis waarin hij samen met de moeder van zijn kinderen woont, anders is. Ik krijg al snel lekkere thee, de kinderen maken open contact en laten me van alles zien, waarna ze heerlijk verder spelen. Na alle vrolijke indrukken begint Willem Jan het gesprek.
Ons gezin begon met een vraag
Wij vormen een regenbooggezin. Kort samengevat betekent dit dat ik homo ben, Ella hetero en dat we samen de mogelijkheid hebben opengesteld om kinderen te krijgen. We wonen naast elkaar, de kinderen hebben de kamers in het midden en we hebben een tussendeur laten maken zodat de kinderen altijd toegang tot ons beiden hebben. Eigenlijk zijn we overdag een heel normaal gezin, alleen wanneer de kinderen s’ avonds slapen, gaan we ieder naar ons eigen huis. Ella en ik hebben geen liefdesrelatie maar we hebben elkaar wel beloofd er alles aan te doen om tot onze kinderen volwassen zijn samen een gezin te vormen omdat we geloven dat dat goed voor hen is. Bijkomend voordeel: we zijn ook nog heel gelukkig met z’n vijven. Het enige wat zowel Ella als ik nog missen is een lieve man voor onszelf. Toen Ella mij vroeg of ik vader wilde worden, werkte ik onregelmatig en was helemaal niet bezig met kinderen. Zelf een gezin stichten was nooit in mij opgekomen. Na veel gesprekken, bidden en nadenken besloten we de mogelijkheid open te stellen om kinderen te krijgen. Nu vormen we dus een regenbooggezin.
Wij proberen ons geloof vooral te doen
Zowel Ella als ik zijn opgegroeid in de protestantse kerk en sloten ons later aan bij een evangelische gemeente. Momenteel zijn wij niet officieel aangesloten bij een kerk omdat we nog zoeken naar in welke kerk wij passen en welke kerk ons hebben wil zoals wij zijn en leven. Daarnaast geloven we dat het goed is ons geloof vooral in het dagelijks leven toe te passen; in ons werk en naar onze buren, vrienden, op school van onze kinderen. Gelovig zijn heeft voor ons minder met het gebouw te maken en steeds meer met gewoon doen.
God is voor mij liefde
Ik beleef God als liefde. Heb je naaste lief als jezelf betekent dus ook dat je jezelf moet liefhebben. Ik wil me door liefde verbinden met mensen. Ieder mens heeft het nodig gezien te worden en dat probeer ik bewust te doen; mensen te groeten en te willen leren kennen, al is het maar door een glimlach. Ik hoop dat ik mijn kinderen kan leren dat zij van zichzelf mogen houden. Dat zij mogen opkomen voor zichzelf door grenzen aan te geven. Dat hun gevoel belangrijk is en zij als mens mogen zijn wie ze zijn. Ik ben zo dankbaar dat ik vader ben geworden!