Miranda Terpstra.
Het was ijzig koud, de wind raasde door de straten en langs de huizen. Tante Gré zag de grote open deuren van de kerk, waardoor het kerstlicht naar buiten scheen en waardoor de muziek uitwaaierde over de straat. Binnen in de kerk raakte de kerstboom bijna het dak en de banken waren gevuld met mooi aangeklede mensen met vredige en blijde gezichten. Tante Gré had de warmrode mantel aan die ze van haar beide buurmannen had gekregen de Kerst ervoor. Ze had een bijzondere warme band met hen. Ze had veel geleerd in gesprekken met hen over Jezus en over gelijkwaardigheid en over de grenzen van liefde. Andersom waren zij blij dat ze een buurvrouw hadden met wie zij het geloof konden delen. Elke vrijdag aten ze bij elkaar en spraken honderduit over hun passie en zij baden voor elkaar en dankten dat ze aan elkaar gegeven waren. Maar naar de kerk ging tante Gré alleen. De mannen hadden daar veel afwijzing en ongelijkwaardigheid ervaren, en dat maakte dat de kerk voor hen geen thuis meer was.
Gré werd een warm welkom geheten in de kerk waar de orgelmuziek de ruimte vulde. Aangezien ze aan een kant slechthorend was, ging ze een plekje zoeken voorin. Mensen lachten allemaal even vriendelijk en ze vond een plekje naast een gezin met een prachtig aangekleed meisje met twee kunstig ingevlochten vlechten met strikken erin.
De preek begon en de dominee vertelde over de reis van Jozef en Maria naar Bethlehem, en dat er nergens een mens was die ruimte had voor hen. Nog nooit eerder trof dit verhaal Gré zoals deze keer, terwijl ze het al zeker 50 jaar gehoord moest hebben. Het raakte haar zo, dat ze haar tranen niet kon inhouden en ze haar warme rode mantel gebruikte om haar tranen mee te drogen. Het kleine meisje begon tegen haar te fluisteren. Zij vond het ook zielig dat er niemand van die mensen zo lief was om ruimte te maken voor Jozef en Maria. Maar haar moeder had haar verteld dat je zo door het verhaal kon leren wie je zelf wilt zijn voor andere mensen. “Mijn mama zegt dat wij zelf de kerk zijn”.
Dat laatste kwam direct binnen in Gré haar hart, omdat ze aan Evert moest denken en aan Nick. Hoe broeders en zusters voor hen in al die jaren geen ruimte hadden. Ze keek om zich heen. De kerk was gevuld maar voor haar incompleet. Want de twee lieve schatten voor wie zij een warme mantel mocht zijn en andersom, waren er niet bij. Ze dacht aan alle plekken waar kerken wel gevuld waren maar incompleet, net als de herbergen in het verhaal van Bethlehem. Plotseling zag ze het scherper dan ooit. Welke ruimte nemen mensen voor zichzelf in, en hoe gastvrij zijn we? Het meiske zij het goed: “Wij zijn de kerk." Met onze keuzes laten wij ons hart spreken en tonen wij de ruimhartigheid van onze God.
Tante Gré nam het kleine handje van het meisje tussen haar beide handen, keek haar aan en zei: “Dat zegt jouw mama heel mooi. En dat je dat aan mij vertelt, is het mooiste kerstcadeau dat je mij kon geven. Want weet je? Ik ken een paar schatten voor wie ik de kerk wil zijn vanavond. De menigte hier die mist niemand, maar ik wel. Tot een volgende keer meiske.” Het meisje glunderde. En zo sloeg Gré haar mantel nog wat warmer om en stond op. Er waren wat afkeurende en niet begrijpende blikken, maar tante Gre liep vastberaden door het middenpad naar de grote deuren, die inmiddels dicht zaten. Dichte deuren als die van de herbergen, omdat er geen ruimte genoeg was. Het kleine meisje zat achterstevoren in haar kerkbank en ze zwaaide. Ondertussen zette het orgel in en klonk de samenzang: “Komt ALLEN tezamen, jubelend van vreugde!”
Tante Gre stapte de koude nacht in. Ze was niet alleen. In zich droeg ze de haar gegeven kerstgedachte en het Licht zelf. Vanavond zou zij de kerk zijn bij Evert en Nick. Ze belde aan en twee paar lieve warme ogen keken haar verbaasd aan: “Moest jij niet in de kerk zijn?“
“Nee lieve schatten, een jong meisje herinnerde mij eraan om zelf de kerk te zijn. De kudde mist mij niet, maar God weet hoezeer ik jullie daar mis. Het is er gevuld maar niet compleet. Ik kan geen 'allen' zingen als jullie er niet bij zijn.” En ze zwaaide met een grote zwaai haar warme mantel om de twee mannen: “Jullie zijn zo ongekend geliefd! De Herder laat zijn kudde voor jullie in de steek. Wat moet Hij zich ook gevuld maar incompleet hebben gevoeld. Laten we de geboorte vieren van onze Herder. En vertrouwen dat Zijn licht telkens weer in mensen wordt geboren voor ALLEN.“
Zalig kerstfeest!
Miranda Terpstra is moeder van 2 jonge mannen en getrouwd met Ivo, voorzitter van wijdekerk, auteur van het boek Hartenvrouw, en fotografe van Hartezaak