Jacob Diederiks.

Dag meneer, o nee, dag Jacob. Ik vind het nog steeds raar mezelf tegen te komen als oude man. Ik ben toch pas tien? Vaak denk ik dat ik droom.
Weet je dat ik hetzelfde heb, Jacob, maar dan andersom?
Wat droomt u, ik bedoel, wat droom je dan?
Nou, dat ik in de kerk zit en naar die ene jongen kijk. Ik vond hem mooi en lief, maar ik was heel erg verlegen. Wat moest ik met hem aan? Want jongens horen als ze groot zijn toch met een meisje te trouwen? Net als vader en moeder.
Maar dat deed je toch? Ik durf het haast niet te vragen, maar..., heb je daar nu dan niet een beetje spijt van?
Soms wel, al zou ik mijn lieve vrouw ook niet willen missen. En... dan waren onze kinderen niet geboren. Ja jongen, we kunnen de tijd niet terugdraaien. Weet je trouwens dat we vier kinderen hebben?
Wat zegt u nou?!
Vier kinderen, van wie de jongste al jaren samenwoont met zijn lieve vriend. Hij is net als wij. Hij durfde wel voor zichzelf op te komen.
Ben je dan niet jaloers op hem?
Ja, soms wel. Maar weet je? Ik groeide op in een heel andere tijd. In de kerk was er amper ruimte voor vrouwen en voor homo's al helemaal niet. Vrouwen zorgden voor het huishouden en schonken koffie voor de mannen. Vrouwen kregen kinderen en homo's waren zondig.
Ik weet niet wat ik moet zeggen...
Ja jongen, weet je dat sommigen in de kerk waar wij gedoopt zijn nog steeds zo denken?
Huh, dat kan toch niet? Het is nu 2025!
Ja, veel mensen daar denken er nu anders over, maar het zijn vooraanstaande mannen die menen dat zij de Bijbel beter lezen dan wij. Het Woord is belangrijker dan de liefde tussen twee mensen, zeggen ze. Ergens begrijp ik dat goed. Twintig jaar geleden dacht ik net zo. Ik heb geduld met die mannen. Misschien hebben ze meer tijd nodig.
Zo is het, Jacob!
Kom dichterbij, dan sla ik mijn arm om je heen.
Hier ben ik.
Och, wat jammer nu! Ik zie je wel, maar kan je niet aanraken. Ik kijk in een spiegel...
Laten we dan samen bidden en vertrouwen op de Heer. Als jij het niet meer kunt, doe ik het wel voor jou, ouwe!
Comments